Terug naar Nieuws

Op pad met moderne wichelroede

23-04-2024 12:23
Nieuwsbericht

Met een kabelzoeker spoor je eenvoudig elektriciteitskabels op. Je kunt er zelfs de ligging van leidingen mee bepalen. Is dit het ei van Columbus om het aantal graafschades fors te verminderen? Een kijkje in het veld.

Op een bedrijventerrein net buiten Emmeloord staat een gele bouwkeet in de miezerige regen. Binnen aan de muur hangt een plattegrond met markeringen: plekken waar nieuwe elektriciteitskabels komen te liggen. Een klus waar heel Nederland de komende jaren mee te maken krijgt om te kunnen voldoen aan de snel toenemende vraag naar elektriciteit. De uitdaging is om bij het graafwerk geen bestaande kabels en leidingen te beschadigen. Marco Ooink (kabelzoekexpert) en Karin de Wit (veiligheidskundige) van Heijmans Infra Energie laten zien hoe ze dit werk veilig uitvoeren met een kabelzoeker.

Doeltreffend

De moderne wichelroede lijkt nog het meest op een platgeslagen bladblazer. Hij is ongeveer een meter lang, met aan de bovenkant een flinke handgreep. Bovenop zit een scherm met bedieningsknoppen. In het apparaat zit een antenne voor het detecteren van ondergrondse of ingebouwde kabels. Als je de kabelzoeker boven een elektrakabel houdt waar stroom op staat, begint het apparaat te piepen. Dit werkt verbluffend doeltreffend. Lopend over een grasveld hoor je op verschillende plekken signalen, zelfs als de kabel meters diep in de grond zit.

Wie denkt dat hij genoeg heeft aan de informatie die de KLIC verschaft, komt vaak bedrogen uit, vertelt Karin: “Je kunt niet blindvaren op de KLIC. We zien in de praktijk veel afwijkingen van de tekeningen die het Kadaster aanlevert. Dat komt omdat er veel is misgegaan bij het digitaliseren van oude tekeningen, bijvoorbeeld omdat het handschrift van mensen niet goed leesbaar was, maar ook omdat er niet secuur is gemeten of simpelweg omdat zaken verkeerd zijn opgeschreven. Ook komen we regelmatig weeskabels tegen die niet op de tekening staan, maar waar nog wel spanning op blijkt te staan. Zo komen we regelmatig voor verrassingen te staan, met alle risico’s van dien.”

Pikzwart

Nog niet zo lang geleden ging het mis in de Noordoostpolder. Marco: “We waren gasleidingen aan het rooien. De gasleiding was zwart en door de grondslag was de elektrakabel die ernaast lag net zo zwart. Ze waren praktisch niet van elkaar te onderscheiden. Op de tekening waren ze verkeerd ingetekend: ze lagen andersom in de grond. Toen de grondwerker dacht dat hij de gasleiding doorknipte, bleek het de elektriciteitskabel te zijn. Gelukkig kan de man het navertellen, maar er zijn ook situaties geweest waarin mensen zijn overleden.”

Wat Marco wil zeggen: als de man een kabelzoeker had gebruikt, zou dit niet zijn gebeurd. Zoals laatst in Velp. Daar ging Marco op zoek naar weesleidingen, in een tracé naast het spoor. “De gemeente wist dat er een weesleiding lag, maar niet waar deze naartoe liep. Die hebben we dus met een kabelzoeker gevolgd. Tot onze verrassing lagen er twee kabels, waarvan er één nog in gebruik was.”

Power-modus

In de basis werkt een kabelzoeker eenvoudig. Je richt hem op de grond en loopt over het tracé waar je wilt graven. De moderne wichelroede begint te piepen als hij over een kabel beweegt. Maar zo eenvoudig is het gebruik nog niet, vertelt Marco. “Je moet ermee leren werken. De meeste hebben drie standen om verschillende soorten kabels en leidingen op te sporen: een power-modus voor actieve elektrische kabels, een metaaldetector en een automatische modus. Met de kabelzoeker gebruiken we ook vaak een Genny, dat is een generator waarmee je een signaal op een kabel of stalen leiding kunt zetten. Met een Genny kun je ook zien hoe diep de kabel of leiding ligt.”


Opsporen van kabels en leidingen begint al bij ontwerp


Heijmans gebruikt al jaren kabelzoekers, hoewel dat wettelijk niet verplicht is. Marco: “Drie jaar geleden hebben we nog veertig nieuwe gekocht. Daardoor is het aantal graafschades flink verminderd.”

Marco: “De kabelzoeker staat bij mij altijd naast de sleuf. Bij negentig procent van de gravers is dat helaas niet zo. Onbekend maakt onbemind. Dus daar moet verandering in komen, want een kabelzoeker kan echt levens redden. Daar zet ik mij graag voor in. En voor het geld hoeft niemand het te laten: voor achthonderd euro heb je al een goede.”

Ook voor ontwerpers

Karin vult hem aan: “Natuurlijk is het goed dat de grondroerders een kabelzoeker gebruiken als ze gaan graven, maar het opsporen van kabels en leidingen begint al bij het ontwerp: kijk op Google Maps, doe een oriëntatieverzoek bij het Kadaster, neem contact op met de netbeheerders, ga het veld in om te schouwen en gebruik daarbij een kabelzoeker. Dan heb je de basis voor je vooronderzoek al gelegd.”

Ondertussen kijkt Marco al uit naar de nieuwste generatie kabelzoekers. Deze werken met GPS en geven ook de diepte van de kabels aan zonder dat je daar de Genny voor nodig hebt. “Daarmee hoef je dus veel minder proefsleuven te graven.” 

Kabelzoeker in de praktijk